Een al vele jaren geleden overleden deurwaarder was cynisch over burgemeesters: “ze komen wel borrelen bij de opening maar als het mis gaat mag de politie komen”. Laten we realistisch zijn: van de Burgemeester van nu wordt veel verwacht en de observatie die collega deed kan misschien ooit gespeeld hebben, maar is nu echt niet meer van toepassing.

Art. 444 Rv is duidelijk: de burgemeester is de eerste in lijn bij assistentie maar uiteraard heeft iedere burgemeester deze taak gedelegeerd aan een HOvJ. De reden is duidelijk: tijdgebrek en het feit dat de HOvJ twee hoedanigheden verenigd want hij is ook letterlijk en figuurlijk de sterke arm. De overigens niet totale staking noopt gerechtsdeurwaarders hun heil (weer) te zoeken bij de burgemeester. De VNG heeft per 11 september een advies uitgegeven waar zeker op wat valt af te dingen.

Ik citeer: (..) De burgemeester mag zich laten vertegenwoordigen door een politieambtenaar tevens hulpofficier van justitie, hetgeen in de praktijk standaard en zonder tussenkomst van de burgemeester gebeurt. Dat is niet zonder reden. Ontruimingen, beslagleggingen, gijzelingen e.d. waarbij de deurwaarder de woning tegen de wil van de bewoner betreedt, roepen niet zelden agressie op. Alleen de politie is bevoegd hiertegen op te treden.

Wij adviseren daarom dat de (loco)burgemeester de deurwaarder op diens verzoek alleen vergezelt als:

  • toegang tot de woning c.q. huisraad daadwerkelijk nodig is voor de tenuitvoerlegging van een vonnis, beschikking etc. en de deurwaarder eerder de toegang is geweigerd
  • de deurwaarder zich eerst heeft gewend tot de hulpofficieren van justitie, en deze hebben geweigerd hem te vergezellen
  • de politie heeft toegezegd aanwezig te zijn bij de opening van gesloten deuren en/of huisraad

Proportioneel

Zodra de benodigde deuren en/of huisraad zijn geopend, is de tegenwoordigheid van de (loco)burgemeester niet meer nodig en kan hij/zij vertrekken. Het is belangrijk dat de burgemeester zich ervan heeft vergewist of het in redelijkheid nodig is om binnen te treden en of dat binnentreden binnen redelijke grenzen gebeurt (proportioneel).

Einde citaat.

Het is erg betreurenswaardig dat nu weer de nadruk wordt gelegd op het punt agressie terwijl dat (gelukkig) een klein gedeelte betreft: de deurwaarder schendt het huisrecht dan wel wil specifieke zaken (kasten, laden, dozen o.d.) openen en de betrokkene weigert medewerking of is er simpelweg niet, daarvoor is 444 nodig!
Ook de criteria van de VNG zijn niet geheel helder: moet iemand echt weigeren of is het voldoende dat zij er niet is. Bij een uitzetting is dit criterium alleen al gezien de kosten onwerkbaar. Moet de politie meegaan met de burgemeester of moet men dat in een eerder stadium hebben toegezegd?

Het advies meteen weg te gaan is ronduit kwalijk: wellicht refereert men aan de MvT bij art. 444 Rv uit 1992 maar dan gaat men wel erg gemakkelijk om met de zorgvuldigheid die juist van een burgemeester of ambtenaar 444 Rv mag worden verwacht: voortdurend de proportionaliteit van het handelen toetsen. De deurwaarder moet mogelijk allerlei objecten openen: dat kan een hele tijd duren en een fikse discussie opleveren. Je moet hierbij al helemaal niet nadenken over het leggen van een bewijsbeslag…

Gezien de hoeveelheid acties per dag voorzie ik een pandemonium van collega’s die een beroep doen op bijstand. De burgemeester had misschien een functie in de wereld van 1992 en daarvoor. Het huidige malheur is misschien niet alleen katalysator om het stilliggende ontwerp op te pakken maar ook om daarbij de burgemeester uit 444 Rv te schrappen.